8 mei 2024

EEN FILOSOFISCHE BESCHOUWING

Veel van ons, waaronder ook ondergetekende, vragen zich vaak af hoe zij toch zo’n ander wereldbeeld kunnen hebben dan, bij wijze van spreken, de buurman van 2 deuren verder.
Waarom schatten wij het overheidshandelen in als gevaar voor onze vrijheid, ons land en onze toekomst, terwijl zelfs leden uit het eigen gezin zich baden in de warmte van een, voor hun beschermend overheidsbad?
Ligt dit nu puur aan de zaken die wij tegenkomen op ons levenspad, of zijn wij middels ons (doem)denken zelf verantwoordelijk voor ons levensscenario dat door ons inbeeldende vermogen zwart omrand is?

Ik weiger te geloven dat onze maatschappij daadwerkelijk bestaat uit 2 uitersten, twee parallel naast elkaar lopende werelden, waarin eenieder slechts vindt wat de grenzen van de eigen geest toestaan, maar hoe komt het dan toch dat wij de wereldse zaken zo anders bekijken?

Hoe kan het bestaan dat tijdens een wereldwijde ‘pandemie,’ de één zich slechts druk maakt over de onmogelijkheid van een concertbezoek, terwijl de ander in de ‘plandemie’ een wereldwijde machtsgreep ziet, slechts te ontwaren door het gezichtsveld van de wakkere mens?

Hoe fucked up deze tijd ook is, wij mogen dankbaar zijn dat wij de grootste psychologische verandering der mensheid ooit mee mogen maken, want als er ooit sprake is geweest van een leerproces ter verbetering van het menselijke egoïsme dan is het nu.

In vroeger tijden was er – zichtbaar – meer sprake van de beknechting van de mens, maar waren wij als individuen nog niet dermate geëvolueerd dat wij massaal vanuit de eigen persoon stelling konden nemen tegen heersende tirranie, en met dat feit in het achterhoofd is de hedendaagse mondiale en massale opstand tegen de heersende elite hét winstpunt van deze plandemie.

Langzaam wordt de stem van het volk ook echt de stem van de rede en rechtvaardigheid, en brokkelen de eeuwenoude macht bastions af als Mariakaakjes die net iets te lang gedoopt zijn in de thee.
Het is niet het feit dat wij de heersende elite moeten uitroken uit hun goudomheinde kooien, dat de verandering teweeg zal brengen, het is de opdracht om elkaars denkwereld te kunnen begrijpen die tot de val van het verziekte systeem zal leiden.

Eén mier is een makkelijk te verpletteren vijand, maar een kolonie mieren kan elke vijand op haar pad vernietigen, hoe groot deze ook mag zijn.

TEKST: MICHEL MULDER